Moto guzzi le MansMoto guzzi le MansMoto guzzi le MansMoto guzzi le Mans

De aanschaf van de Le Mans 850 door Jasper Verhage

Jasper Verhage

Vanaf 1974 tot 1993 reed ik zomer en winter en vertikte het om mijn autorijbewijs te halen. Toen mijn schoonzuster ernstig ziek werd moest ik een autorijbewijs halen en zelfs een auto kopen, omdat wij haar dochtertje (nichtje) van toen 9 jaar een paar jaar in huis genomen hadden. En ik moest met haar natuurlijk vaak op bezoek in het ziekenhuis en sanatorium. Haar achterop de motor nemen was onverantwoord. Ik haalde de beide rijbewijzen overigens gewoon in 1 keer, maar ik vind autorijden bijzonder saai en vervelend. Een kneuterig vervoersmiddel voor de verwende burger. Twee jaar geleden heb ik de auto de deur weer uitgedaan. Met de OV kaart van de werkgever en de fiets kan ik goed uit de voeten in het woon-werk verkeer. Wat bleef zijn mijn drie motoren. Twee Italiaanse Moto Guzzi’s en een Amerikaanse Harley-Davidson. Van 1974 tot 1985 reed ik altijd Honda. Uiterst betrouwbare en technisch en kwalitatief uitstekende motoren. Vrijwel allemaal rijwind gekoelde viercilinder carburatiemotoren. Stuk voor stuk snelle sportmotoren zowel de F-series als de Bol d’or. De Japanse motoren waren betaalbaar en betrouwbaar en voor beginnende werknemers waren dat mooie opstappers. Dat was wel de voornaamste reden dat ik zo lang Japans gereden hebt.

Toch had het in 1976 geheel anders kunnen zijn. Ik was in dat jaar op bezoek bij de toenmalige importeur van het Italiaanse Moto Guzzi in Rotterdam, Willy van Gent. Een vriend van mij rommelde wat met Italiaanse motoren en ik ging met hem mee om eens te kijken wat die Spaghetti eters maakten. Ik had wel eens iets gehoord over Ducati en Moto Guzzi, maar echt er in verdiept? Neen. Ik liep de ‘showroom’ in bij deze importeur en zag daar twee hagelnieuwe motoren staan, 1 in het rood en 1 in het ice blue. En dat was de nieuwe Moto Guzzi Le Mans 850 ook wel eens aangeduid als de Mark I. Het was liefde op het eerste gezicht. Zelden zo’n mooie sport motor gezien. Dit meesterwerk van de Italiaanse Guzzi ingenieur Lino Tonti, zou uitgroeien tot de stijl icoon onder de motorfietsen van de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. Alles was mooi aan die motor, alles klopte in technische zin. En het frame? Dat was zo verschrikkelijk goed ontworpen en zo stijf, dat je op smalle dijken op hoge snelheid de meest haakse bochten kon nemen. De motor werd wereldberoemd en kreeg als nickname: ‘Het scheermes van Tonti’. Ik dacht: dat is hem die bloedmooie motor ga ik kopen. Dus ik vroeg: wat gaat dat beestje kosten? Elfduizend gulden jongeman. Dat had ik niet, ik wist ook niet dat het de duurste productiemotor ter wereld was evenals de Italiaanse Ducati desmo. Voor dat bedrag kocht je bijna twee nieuwe Honda viercilinder 750 cc superbikes. U begrijpt het al, het werd een Honda.

In 1985 kocht ik pas mijn eerste Guzzi, de 850 T5. De Le mans was niet vergeten, maar de T5 was een mooie wat praktische motorfiets.

Daarna volgde nog de Guzzi California Jackal een naakte toerbuffel en in 2002 kocht ik een Harley Davidon Fat Boy er bij, voor het mooie geluid dat de beroemdste V-twins van de wereld maken. Want zowel Guzzi als Harley maken de mooiste V-twin motorblokken. De Guzzi Jackal is verdwenen en daarvoor in de plaats kwam in 2009 de Moto Guzzi Griso 1100, een prachtige, snelle, hypermoderne techno-cruiser. Bruut en mooi om te zien, zoals alleen Italianen dat kunnen ontwerpen. Een motor die volledig electronisch gestuurd wordt via een boardcomputer. Injectoren in plaats van die mooie carburateurs. Electronische ontsteking in plaats van die oude contactpuntjes. Je kunt het gas bedienen met twee vingers zo licht gaat dat tegenwoordig. Maar diep, heel diep van binnen bleef nog steeds het beeld hangen van die mooie Moto Guzzi Le Mans uit 1976. Twee maanden geleden moest ik even bij de dealer langs om olie en wat andere zaken te halen. En op een podium met daarover heen gespannen een Italiaanse vlag stond hij: de Moto Guzzi Le Mans 850 in de kleur ice blue. Geheel gerestaureerd, tot de laatste bout en moer uit elkaar gehaald, onderdelen die versleten waren, zijn vervangen door nieuwe onderdelen die nog op voorraad waren.

Daar stond hij dan in 2011 een hagelnieuwe Le Mans uit bouwjaar 1977 (voor het eerst op kenteken gesteld in 1979). Ik ben drie keer op en neer naar Nijmegen gereden. Tsja wat moest ik. In 1976 kon ik de motor niet kopen, nu had ik twee fantastische motoren in de schuur staan die ik echt niet zou verkopen. En dan een derde erbij? En het bedrag?…………….. nog erger dan in 1976. Maar mijn vrouw ook een Guzzi fanaticus zei: doe het nu, want als je die motor nu niet koopt dan ben je straks te oud en de motor is nu al een grote zeldzaamheid aan het worden. En zo staat in mijn huiskamer de mooiste en meest beroemde motor ter wereld. Een motor die recent en ook de komende maanden nog in verschillende bladen zal worden afgebeeld en beschreven. Is dat belangrijk? Welnee. Je moet er zelf, zittend op mijn Italiaanse bank, naar kijken en je ontdekt hoe knap deze motor gemaakt is. Het is een volbloed kunstwerk. Er op rijden doe ik alleen zelf. Hij staat weliswaar in de huiskamer als eerbetoon aan de ontwerper Lino Tonti en het merk Guzzi, maar als je de motor start, dan snap je het. Deze sportmotor met zijn twee machtige V geplaatste cilinders zijn voorzien van indrukwekkend gestileerde carburateurs met twee grote kelken met steenvangers er voor. Je moet de twee benzinekranen zelf open draaien, en je start electrisch, dat was een novum in 1975 bij de introductie van de motor in Milaan. Je draait de sleutel om en je drukt de startknop in en dan begint het gepruttel en gestotter, je zet handmatig de choke bij en dan komt het machtige blok tot leven. Bij het gas geven kantelt het blok rechts om zijn as, laat je het gas los, dan gaat hij links om. En draait hij stationair, dan schud de motor links, rechts, links, rechts. De stoterstangen die de kleppen bedienen tikken duidelijk hoorbaar in een vast ritme. En dan zet je de motor in zijn eerste versnelling……….. en dan begint het echte sleuren. Moto Guzzi? Dat zijn echte motoren voor echte motorrijders.

In 1955 maakte zij al een V8 motorfiets met een topsnelheid van 278 km/uur, de Otto Cilindrica. Het was twintig jaar lang de snelste en technisch meest geavanceerde en nimmer geëvenaarde motor ter wereld. Discovery heeft een uitzending geheel in het Japans gemaakt……… van deze motor! Moto Guzzi het motormerk dat dit jaar negentig jaar bestaat. Het op 1 na oudste motormerk ter wereld (alleen Harley is ouder), het motormerk met de meeste racesuccessen op zijn naam. Het motormerk met de meeste technische octrooien en uitvindingen op zijn naam. U rijdt Japans? U denkt dat u technisch een novum is huis heeft? Jammer, maar het was al door Guzzi uitgevonden toen de motorband nog de kwaliteit had van een slechte hedendaagse fietsband. Als je verstand hebt van techniek; als je gevoel hebt voor schoonheid en stijl; als je weet wanneer een technisch ontwerp volledig in balans is uitgevoerd; als je het beste frame dat ooit ontworpen is bekeken hebt, dan kom je uit bij het meest beroemde en legendarische motormerk ter wereld: Moto Guzzi.

Alleen echte motorrijders weten dat, uit een tijd dat men van schrik de hand opstak naar een motorrijder die men bij toeval tegenkwam. Tegenwoordig zijn er bijna 700.000 motoren in Nederland van het type electronisch gestuurde naaimachines. Zaterdagmorgen 7.00 uur, ik start de Le Mans, geef gas, ik druk met bijna een halve kilo spierkracht de twee grote gasschuiven tegen de veerdruk in open en luister of alles goed loopt…………. Alles staat te schudden en te trillen en rij weg. Binnenwegen zijn niet de wegen voor de Le Mans onder de 4000 toeren verslikt hij zich wel eens, maar daarboven? Deze oude Le Mans met zijn blauwe kentekenplaat zonder wegenbelasting had in 1976 al een top van ruim boven de 200km/uur…. Ik kom bij het verkeerslicht en daar staat een BMW rijder met een hagelnieuwe S1000 RR, daar staan wij dan in die vroege ochtend. Hij, de BMW rijder, kijkt en kijkt en kijkt. Het licht gaat op groen, ik draai het gas helemaal open. Ik heb de BMW niet meer gezien, er zitten geen spiegels op deze Italiaanse racemotor uit 1977. Daarom rijden echte mannen met verstand op een Moto Guzzi, je geeft gas en je concurrent is nergens meer te zien. Zaterdagochtend, prachtig.

Jasper Verhage